Door de opkomst van centrale verwarming en airconditioning verwachten mensen dat het op kantoren, scholen en instanties altijd tussen de 20 en 23 graden is. Je kunt jezelf de vraag stellen hoe reëel en wenselijk dat is. En vooral: hoeveel energie dat kost.

Dit artikel verscheen eerder in Weekblad Facilitair & Gebouwbeheer.

Door de opkomst van centrale verwarming en airconditioning verwachten mensen dat het op kantoren, scholen en instanties altijd tussen de 20 en 23 graden is. En dat terwijl studies laten zien dat we ons comfortabel kunnen voelen binnen een veel bredere variatie van temperaturen. Het punt is: door deze standaarden voor binnenklimaat verwachten wij met zijn allen dat de binnentemperatuur het gehele jaar door overal 21,5 graad is, of het buiten nu 10 graden vriest, of dat het 35 graden celsius is. De ‘standaard’ temperatuur van 21,5 graden heeft ons idee over wat comfortabel is gevormd, maar ook onze manier van kleden aangepast. Je kunt jezelf de vraag stellen hoe reëel en wenselijk dat is. En vooral: hoeveel energie dat kost. Dit artikel, dat losjes is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek van onder andere Lenneke Kuijer van de TU Delft, gaat – in voorbereiding op de Greenchoice Warmetruiendag van Het Klimaatverbond – over de vraag hoe we ons denken over comfort kunnen aanpassen om zonder verlies van comfort energie te besparen.

De Greenchoice Warmetruiendag van Het Klimaatverbond is dé jaarlijkse dag om op een positieve en laagdrempelige manier aandacht te vragen voor het belang en de noodzaak tot energiebesparing. Vanuit kostenoverwegingen, maar ook om als organisatie verantwoordelijkheid te nemen in het reduceren van CO2-utstoot. Tijdens deze nationale energiebesparingsactie kunt u draagvlak creëren voor energiebesparing en tegelijkertijd laten zien wat er afgelopen jaar is gebeurd op dat vlak en wat de ambities zijn. Heel Nederland doet mee: van basisschool tot gemeente, van waterschap tot universiteit en van winkel tot kantoorgebouw. U kunt uw organisatie kosteloos aanmelden via www.warmetruiendag.nl

Laat de ideale, constante temperatuur los

Er ligt een enorm besparingspotentieel als we het concept van een ideale temperatuur op zouden rekken en als medewerkers tegelijkertijd meer manieren tot hun beschikking zouden krijgen om zelf te zorgen dat ze zich comfortabel voelen. Bijvoorbeeld door ’s zomers een raam open te zetten in plaats van de airco aan te zetten en door ’s winters warme kleding te dragen. Behalve dat het veel geld kost om flink te stoken of te koelen, heeft het ook een negatieve invloed op het klimaat. De groenste energie is immers de energie die je niet verbruikt. Ook duurzame energie moet immers opgewekt en getransporteerd worden.

Wat vindt uw organisatie ‘normaal’?

Het kan wellicht geen kwaad om onze opvattingen over ‘normaal’ energieverbruik eens tegen het licht te houden. Wat normaal is, is continu in beweging. Vijftig jaar geleden waren ideeën over comfort heel anders dan nu en over vijftig jaar zullen ze ook weer heel anders zijn. Sommige gewoontes rond verwarmen zijn wel wat uit de tijd geraakt nu energiebesparing steeds belangrijker wordt gevonden door steeds meer mensen.

Enkele voorbeelden van gewoontes die minder normaal zullen zijn in een energiezuinige toekomst:

  1. Om ’s winters een binnentemperatuur van 23 graden aan te houden als het buiten 10 graden vriest, terwijl mensen zitten te puffen in warme winterkleding.
  2. Om ’s zomers een binnentemperatuur van 21 graden te hanteren als het buiten 30 graden Celsius is, terwijl mensen een kou oplopen in hun luchtige zomerkleding.
  3. Om printers, pc’s en koffie-apparaten altijd aan te hebben staan, ook als ze niet worden gebruikt.
  4. Om een vergaderzaal van 08:00 – 18:00 uur te verwarmen, ook als hij maar een uur per dag wordt gebruikt.
  5. Om de verlichting in het hele gebouw of etage aan te doen, ook als maar één kantoor wordt gebruikt. Of erger nog: om de verlichting ’s nachts aan te laten.
  6. Een kantoor ‘lekker’ warm opstoken omdat mensen zo koud worden achter hun computer terwijl ze hun concentratie verliezen door gebrek aan frisse lucht.

Voornemens worden gewoontes

Bijdragen aan het realiseren van zo’n energiezuinige toekomst is niet moeilijk, want wat normaal is bepalen we met z’n allen door de dingen die we elke dag doen. Ook als organisatie kun je nagaan of het niet anders kan. Bijvoorbeeld door met bewegingsmelders te werken die zorgen dat het licht automatisch uit en aan gaat. Door met het reserveren van vergaderruimtes te werken en daar de verwarming op af te stellen. En vooral door medewerkers de gelegenheid te geven om invloed uit te oefenen op hun eigen comfort met andere manieren dan de knop van de thermostaat of de airco. Bijvoorbeeld door een raam open te zetten of zich warm aan te kleden.

Het mooie is dat als mensen zich een aantal keer anders gedragen, dat het dan op een gegeven moment een (nieuwe) gewoonte wordt. In het begin moeten mensen eraan wennen om bijvoorbeeld de verwarming weer uit te zetten als de vergaderruimte die dag niet meer wordt gebruikt, maar op een gegeven moment weten ze niet beter. Misschien kan het wel worden geautomatiseerd. En dan ben je als organisatie zonder moeite en zonder verlies van comfort energie en geld aan het besparen.

Wat is jullie succes?

Om te laten zien wat het resultaat is van alle inspanningen, is het nuttig en leuk om te monitoren wat het resultaat is van alle energiebesparingsacties en dit te delen met alle medewerkers. Zo creëer je betrokkenheid en draagvlak om op een laagdrempelige manier energie te (blijven) besparen zonder verlies van comfort.

Over het wetenschappelijke onderzoek

Dit artikel is losjes gebaseerd op onderzoek van Lenneke Kuijer. Lenneke Kuijer is onderzoeker aan de faculteit Industrieel Ontwerpen van de TU Delft. Op 7 februari 2014 – inderdaad: de Greenchoice Warmetruiendag – zal zij haar proefschrift getiteld Implications of Social Practice Theory for Sustainable Design verdedigen. Tijdens haar promotieonderzoek heeft ze middels projecten rond de onderwerpen verwarming, douchen en voeding een nieuwe ontwerpbenadering ontwikkeld. Deze benadering is gebaseerd op een sociologische theorie die sociaal gedeelde gedragspraktijken centraal stelt in plaats van individueel gedrag. Lenneke is afgestudeerd als industrieel ontwerper, maar heeft tijdens haar promotieonderzoek een periode doorgebracht op de afdeling sociologie van de Universiteit van Lancaster in Engeland. Tijdens haar promotieonderzoek is ze begeleid door Prof. Daan van Eijk en Dr. Annelise de Jong.

Over de Greenchoice Warmetruiendag

Op of rond de verjaardag van het Kyotoprotocol wordt heel Nederland elk jaar opgeroepen om de verwarming een graadje lager te zetten en een warme kleding aan te trekken. Voor 2014 is gekozen voor vrijdag 7 februari. De warme trui staat symbool voor alles wat mensen zélf kunnen doen om energie te besparen. Hoe simpel en logisch is het immers om je warm aan te kleden als het weer daarom vraag in plaats van de thermostaat hoger te zetten? Deze simpele actie heeft een groots effect: elke graad lager bespaart namelijk maar liefst 7% energie, dus CO2-uitstoot. Bedenk maar eens wat dat binnen uw organisatie zou betekenen!

De insteek is dat mensen aan het denken worden gezet, proefondervindelijk vaststellen dat het een hele gemakkelijke actie is zonder verlies van comfort en dat het energiekosten bespaart. Het uiteindelijke doel is dat mensen na de Greenchoice Warmetruiendag de bewuste keuze maken om zich energiebewuster te gedragen en dat dit gedrag routine wordt.

Het Klimaatverbond, een netwerk van lokale overheden dat werkt aan effectief klimaatbeleid, is de Nederlandse initiatiefnemer van de Warmetruiendag en zij organiseerde deze actie van 2007 tot en met 2012 zelfstandig. Vanaf 2013 organiseren Greenchoice en Het Klimaatverbond de dag samen en heet het de Greenchoice Warmetruiendag.

Bedrijven, overheden, particulieren, onderwijsinstellingen en NGO’s kunnen zich aanmelden als deelnemer. Door deel te nemen aan de Greenchoice Warmetruiendag laat u zien dat uw organisatie waarde hecht aan energiebesparing. Niet alleen omdat dit goed is voor het klimaat, maar ook omdat het kosten bespaart. Deze actie is een laagdrempelige en positieve manier om het thema onder de aandacht te brengen.